Nieuwe Keizersgracht

Nieuwe Keizersgracht 110

Joseph (Joop) Beugeltas (1914) wordt geboren in een vochtige kelderwoning in de Rapenburgerstraat en is nog geen twee jaar oud als zijn moeder overlijdt: voor een peuter zonder ouderlijk toezicht dreigt meestal uithuisplaatsing. Maar gelukkig neemt zijn oudere zus Schoontje de taken van hun moeder over en zo houdt de familie jarenlang het hoofd boven water.

Bergstichting

Toch dreigt Joop halverwege zijn lagere schooltijd van het pad af te raken en wordt er besloten in te grijpen. Liefdadigheidsinstelling de Bergstichting plaatst de jongen in haar tehuis in Laren (NH), waar hij zijn school afmaakt en van waaruit hij naar het Rijksopvoedingsgesticht (ROG) Amersfoort wordt gestuurd om de ULO te doorlopen. Dan volgt overplaatsing naar ROG Doetinchem voor een praktijkopleiding kleermaker.

Blijkbaar ziet hij een loopbaan in de kledingbranche niet helemaal zitten want in 1935 begint Joop aan de driejarige interne opleiding tot psychiatrisch verpleegkundige in de joodse psychiatrische instelling Het Apeldoornsche Bosch. In 1938 keert hij met het diploma Zwarte Kruis op zak terug naar Amsterdam. Hij trekt tijdelijk in bij zijn oudere broer Maurits en zijn gezin in de President Brandstraat, maar al snel vindt hij een zelfstandige woonruimte.

Vrijstelling

Joop werkt een tijdje als particulier verpleegkundige tot hij in 1939 in het Nederlands-Israëlitisch Ziekenhuis (NIZ) een vervolgopleiding tot algemeen verpleegkundige begint. Kortom: Joops toekomst ziet er rooskleurig uit tot de Duitsers Nederland binnenvallen. Het gevoel dat daar niet veel goeds van kan komen deelt hij met zijn zus Schoontje. Op een foto uit 1940 poseren beiden op hun paasbest op de Blauwbrug in Amsterdam; Joop heeft een witte anjer in zijn knoopsgat wat wijst op hun deelname die dag aan een stil protest tegen de bezetter. Op 29 juni 1940 is Prins Bernhard jarig en trekken er honderden Amsterdammers naar het Emmaplein om langs het monument voor koningin Emma te defileren en er bloemen neer te leggen.

In juni 1941 krijgt Joop een kamer in het Rosenthal-May zusterhuis dat pal naast het ziekenhuis ligt. Als begin juli 1942 de zogenaamde ‘werkverruiming in het oosten’ wordt opgestart krijgt Joop een voorlopige vrijstelling omdat zijn werk als verpleegkundige van algemeen nut is voor de joodse gemeenschap. Op Joops Joodse Raad-kaart staat onder het kopje bijzonderheden vermeld: heeft catechisatie van een gereformeerde dominee. Joop zal gehoopt hebben ook hiermee te kunnen voorkomen om op transport te moeten.

Zwitserland

Als in januari 1943 blijkt dat ook voor het medisch personeel een einde komt aan de uitzonderingspositie, besluit hij samen met Schoontje – die al sinds enige tijd haar toevlucht heeft gezocht tot het relatief veilige NIZ – en haar man Philip naar Zwitserland te vluchten. De vlucht eindigt in een politiecel van het Franse Besançon, van waaruit hij al snel overgeplaatst wordt naar Drancy, ten noordoosten van Parijs, het doorvoerkamp voor joden waar de leefomstandigheden o.a. door de slechte nutsvoorzieningen beroerd zijn. Eind april wordt ook Schoontje naar Drancy gestuurd. Hun hereniging is slechts van korte duur: op 23 juni moet Joop op transport naar Auschwitz, waar hij bij aankomst op 27 juni wordt vermoord.


Personeel NIZ bij de ingang van de Nieuwe Keizersgracht in 1941. (foto: collectie Joods Museum Amsterdam)
Nieuwe Keizersgracht: nummers 104-110: Nederlands-Israëlitisch Ziekenhuis / nummers 112-114: Sophie Rosenthal-May Zusterhuis. (foto: Stadsarchief Amsterdam)
29 juni 1940: Joop en zijn zus Schoontje poseren op de Blauwbrug. Ze zijn onderweg naar het stille protest tegen de Duitse bezetting bij het Emma-monument. Aannemelijk gezien door de ogen van zijn zwager Philip. (foto: privébezit)
Het kindertehuis van de Bergstichting op Doodweg 6 in Laren, grenzend aan de Hilversumse Hei. Het was volgens de inspectie een van de beste kindertehuizen van het land. (foto: Stadsarchief Amsterdam/J. Merkelbach)
Brug 250 Nieuwe Prinsengracht/Amstel: Joop (midden achter) met collega’s tijdens een wandeling door de buurt. ca. 1941 (foto: collectie Joods Museum Amsterdam)
Lunch in het NIZ ca. 1941: Joop rechts vooraan. Naast hem broeder Sjouwerman en links van voor naar achter: broeders Genis en Verdoner en hulpportier dhr. Diamand/t. (foto: collectie Joods Museum Amsterdam)
Hier kan me niets gebeuren. Documentaire over het Nederlands-Israëlitisch Ziekenhuis tijdens de bezetting. (regie: Joeri Bleumer voor Zinis producties, 2013)