Retiefstraat
Retiefstraat 52-II
Isaäc Beugeltas (1897) is de oudste zoon van Levie Beugeltas en Margaretha Rine. Deels om de armoede in de verpauperde jodenbuurt te ontvluchten en ongetwijfeld ook als avontuur verbindt hij zich in 1915 tegen een premie van f 400,- voor zes jaar als soldaat aan de overzeese weermacht, bij het KNIL. Als zijn moeder in juni 1916 overlijdt kan hij niet terugkeren. Pas in 1922, als hij zijn contract voor een tweede termijn als brigadier van de artillerie verlengt, heeft hij recht op verlof en zal hij in Diemen haar graf hebben bezocht.
Tijdens zijn verlof trouwt Isaäc op 15 november 1922 in Amsterdam met Marianne Swaab (1897) en een maand later keren ze samen terug naar Tjimahi. In 1928 volgt een laatste contractvernieuwing, deze keer als wachtmeester der artillerie. In 1934 wordt hun zoon Maurits Beugeltas geboren in Bandung en in 1935 wordt aan Isaäc in Tjimahi eervol ontslag toegekend, wat recht gaf op een jaarlijks pensioen van f 1.134,- (geïndexeerd naar nu: ca. 27 000 euro).
Hollandsche Schouwburg
In Amsterdam betrekt het gezin een woning in de Retiefstraat, eerst op nr. 59-I en later, in 1939 op 52-II. Daar krijgen zij in juli 1942 een oproep voor de arbeidsverruiming. Via de Hollandsche Schouwburg komen zij op 29 juli in Westerbork aan waar op 31 juli het transport naar Auschwitz volgt. Bij aankomst op 2 augustus worden Marianne en Maurits direct vermoord. Voor Isaäc geldt door het ontbreken van zijn gegevens in de administratie een uiterste overlijdensdatum van 30 september 1942.


